Ambacht >

Video loading...

No autostart: Right click-Play





Edel metaal

Mooi ontwerp

Handgemaakt en met gevoel

Gebruikt en gekoesterd





Film produced by ETWIE


Noble metals

Intrinsic design

Handmade with feeling

To use and to cherish

JUWELEN


JEWELRY

OBJECTEN


OBJECTS


 

VISIE

 

Het werken met edele metalen om juwelen en bijzondere objecten te maken bestaat al sinds de oudheid. De vaak prachtige en merkwaardige stukken die overgeleverd zijn door de Egyptenaren, Grieken, Thraciërs, Etrusken, Romeinen, middeleeuwers, tot en met de Nieuwe Tijd spreken sterk tot de verbeelding –en dan hebben we nog slechts het ruime Europa beschreven. Wereldwijd werden religieuze en profane objecten op zeer grote schaal vervaardigd, waarbij het ambacht van de edelsmid steevast groot aanzien genoot.

 

Sinds het einde van de 20ste eeuw is het doelpubliek echter danig veranderd. De Katholieke kerk is minder prominent aanwezig en leidt tot een mindere vraag voor liturgische objecten. Het zilver en goud die vroeger gekoppeld waren aan de monetaire systemen zijn dat sinds 1970 niet meer. Ook kwamen andere luxeproducten steeds meer op het voorplan en is het pronken met zilver, goud en diamanten beduidend minder dan vroeger.

 

Dit alles maakt dat de economische markt voor de edelsmeden taant en een nieuwe weg moet worden gevonden om het eeuwenoude ambacht levendig te houden.

 

MISSIE

 

Het maken door een ambachtsman, in opdracht van een persoon die het object op een eigen wijze zal beleven en zal koesteren, is fundamenteel verschillend van in serie geproduceerde objecten. Edelsmeedkunst is een ambacht en een kunst, waar de relatie tussen de maker, het object en zijn gebruiker/drager onlosmakelijk met elkaar verbonden zijn.

Het gebruik van edele metalen betekent ook dat de objecten niet goedkoop zijn, letterlijk en figuurlijk. De opdrachtgever moet overtuigd zijn van de waarde van het object en van de meerwaarde dat het object geeft aan zijn of haar leven. Daarom is de persoonlijke ervaring en relatie tussen de eigenaar en het object belangrijk. De functie van een object, de aanblik van schoonheid, het aanvoelen van het oppervlak en het aangenaam gebruikt ervan, is een symbiose die wordt nagestreefd. Ook het onderhouden van een object van waarde en van schoonheid is een taak die onverbrekelijk verbonden is aan het houden-van. Een mooi voorwerp regelmatige licht oppoetsen is veel gemakkelijker wanneer men er regelmatig plezier aan beleeft en zijn schoonheid koestert.

Een zilveren object of een juweel moeten daarom het diepste van de eigenaar aanspreken en kan daarom niet zomaar een willekeurig object zijn. De ziel van het object moet de ziel van de bezitter raken.


TOEKOMST

 

In de afgelopen 40 jaar dat ik mijn professioneel leven aan de edelsmeedkunst wijdde heb ik er steeds plezier in geschept om juwelen te ontwerpen en te maken. Groot zilverwerk kwam minder aan bod en het inslaan van de specialisatierichting conservatie-restauratie heeft ertoe geleid dat het overgrote deel van het werk daarin is uitgevoerd, gecombineerd met het lesgeven hierin. Naarmate de conservatie van objecten steeds analytischer en theoretischer werd, een logisch gevolg ook van mijn traject, groeide intussen steeds sterker opnieuw de zin om te gaan creëren.

Met de beëindiging van mijn loopbaan als lesgever-onderzoeker aan de universiteit kan ik mijn werk nu geheel focussen op nieuwe ontwerpen van juwelen en zilverwerk.

Daarbij gebruik ik vooral de techniek van het 'ciseleren', een eeuwenoude techniek om met ponsen en hamers driedimensionele objecten te vervaardigen en ze een specifieke oppervlakte-afwerking te geven.

Zoals ik mijn hele carrière historische objecten heb geconserveerd, richt ik mij nu op het bewaren van het ambacht van het ciseleren in de edelsmeedkunst.

Deze oude techniek wordt gecombineerd met hedendaagse ontwerpen met een uniek karakter.

De variaties van weerspiegelingen aan het oppervlak maken ze telkens weer boeiend om te zien.

WORK

SHOPS /

CISELEER

PROJECT

WORKSHOPS


Een nieuwe reeks workshops wordt in Januari 2024 gegeven:


Week/Module 1 van 9 t/m 11: Basis van het ciseleren, met Gereedschappen, houding, metalen, vlakke oefeningen


Week/Module 2 van 16 t/m 18: Basreliëf oefeningen


Week/Module 3 van 23 t/m 25: Hoogreliëf oefeningen


Week/Module 4 van 30 t/m 1/2: Ronde-bosse oefeningen


Elke dag van 9u30 tot 12u30 en van 13u30 tot 16u30.  Er kunnen tot 3 personen deelnemen.


Je eigen basismateriaal breng je mee, daarmee kun je ook thuis verder oefenen.


Kostprijs 145 Euro per dag (+21% BTW) of 400 Euro (+21% BTW) voor 3 aaneensluitende dagen.


Bij interesse of vragen: stuur een mailtje naar p.storme@telenet.be



HET CISELEERPROJECT  2019-2020

 

Onder stimulans van minister Sven Gatz werd in 2018 het meester-leerling traject geïntroduceerd.  Deze subsidies zijn er om ambachtelijke kennis en vaardigheden door te geven aan geëngageerde leerlingen in een traject dat enigszins vergelijkbaar is met de vroegere gildes.

 

Het project omvat concreet een deel van het zilversmeden, namelijk het ciseleren.  Deze techniek houdt zowel het vormgeven van koper- of zilverplaat in, maar ook het gedetailleerd afwerken van het oppervlak met minutiueze details en delicate texturen.  Er werden vier leerlingen geselecteerd om aan dit anderhalf jaar lang durende project deel te nemen.

Het project liep van januari 2019 tot juli 2020 en werd gedocumenteerd door ETWIE.  Meer info op: www.etwie.be

Een tentoonstelling rond het project liep in DIVA Antwerpen van 25.10 t/m 4.5.2021.







 

 

BIOGRAFIE

 

Al reeds op jonge leeftijd was ik door muziek en beeldende kunsten gegrepen waarmee ik met mijn studies begon aan de Academie te Brugge, afdeling Sierkunsten.  Het tekenen had hier een centrale plaats waar veel aandacht werd aan besteed.  Daarnaast waren er ook de toegepaste kunsten die mij aanspraken en leidden tot het volgen van de richting Juwelenontwerpen-edelsmeedkunst aan de Koninklijke Academie voor Schone Kunsten te Antwerpen.  Vanaf het eerste jaar was ik gefascineerd door metalen en in het bijzonder de edele metalen en hun bewerkingstechnieken.  Aan de academie leerde ik met ze omgaan en ontwikkelde mijn zin voor schoonheid en voor het scheppen. 

 

Gedurende de jaren daarna kreeg ik ook de interesse voor historisch zilversmeedwerk door mijn stage bij de reconstructie van het St-Gertrudisschrijn. Gedurende die zes jaren is mijn technisch en esthetisch vocabularium sterk uitgebreid. Het maakte ook dat ik verder ging in de conservatie-restauratie richting waarbij ik eigen opdrachten uitvoerde en begon les te geven. Gedurende de 25 jaar die daarop volgden was dat de hoofdmoot van mijn werk, maar ondertussen maakte ik toch nog steeds juwelen en zilverwerk.

De conservatie-restauratie evolueerde naar een steeds sterkere theoretisch en analytische benadering en daar ging ik in mee, tot onze opleiding vanuit de academie en later de hogeschool, integreerde in de universiteit. Voor het wetenschappelijke luik en de ontwikkeling van de conservatie-restauratie als concept is dat een goede zaak geweest.

 

Echter, terwijl dit traject verliep groeide bij mij zeer sterk opnieuw het verlangen om scheppend aan de slag te gaan met eigen ideeën en ontwerpen. Mijn atelier werd in 2018 heringericht van conservatie-werkzaamheden naar een atelier om nieuwe dingen te maken. Ook wordt in dezelfde lijn het ambacht op zichzelf geherwaardeerd door mezelf, maar ook voor anderen. Het uitvoeren en het doorgeven van de edelsmeedkunst en zijn vaardigheden nemen vanaf nu voor mij persoonlijk weer een heel groot deel in waar ik erg naar uitkijk om dit te kunnen ontwikkelen.

BIO

GRA

FIE

 

STUDIES

 

Patrick Storme (°1960) studeerde in het Hoger Secundair aan de Stedelijke Academie voor Schone Kunsten, afdeling Sierkunsten te Brugge in de periode van 1975-1978.  Daar slaagde hij elk jaar met onderscheiding.

 

Daarna trok hij naar Antwerpen om in het Hoger Onderwijs les te volgen aan de Koninklijke Academie voor Schone Kunsten, met als specialisatie Juwelenontwerpen-Edelsmeedkunst tijdens de jaren 1978-1982.  Elk jaar volbracht hij met onderscheiding en studeerde in het 4de jaar af met Grootste Onderscheiding.

 

Aansluitend hierop werd een studie in dezelfde specialisatie aan het Nationaal Hoger Instituut voor Schone Kunsten aangevat om in 1985 af te studeren als laureaat.  In deze periode werkte hij ook mee aan de reconstructie van het Schrijn van St-Gertrudis van Nijvel.  Met het werk aan dit schitterende schrijn is ook de interesse voor historische edelsmeedkunst gegroeid.

 

Na deze stageperiode en het aanvatten van lesgeven en een zelfstandigenstatuut als edelsmid behaalde hij in 1999 het diploma van Meester in de Beeldende Kunst, Optie Restauratie met als vermelding de Grootste Onderscheiding.

 

Bij het integreren van de Opleiding Conservatie-restauratie vatte hij een doctoraal traject aan dat leidde tot het behalen van het diploma van Doctor in de Conservatie-restauratie aan de Universiteit van Antwerpen, Faculteit Ontwerpwetenschappen, begin 2018.  De titel van het neergelegde proefschrift luidt: Historical Copper- and Lead Alloys at the Plantin-Moretus Museum, Antwerp, 2018

 

Een verdere academische biografie staat te lezen op de persoonlijke webpagina op de Universiteit Antwerpen website:  www.uantwerpen.be/en/staff/patrick-storme/

 

STAGE

 

Bij het beëindigen van de studies Hoger Kunstonderwijs verzocht Prof. Wim Ibens hem om mee te willen werken aan de reconstructie van het St-Gertrudis schrijn.  Dit prachtige gotische schrijn uit de 13de eeuw werd bij een bombardement op de stad Nijvel grotendeels verwoest tijdens WO II.

 

Het schrijn dat zo’n 185 cm lang is, 65 cm breed en 80 cm hoog heeft de vorm van een gotische kathedraal en kan gezien worden als een voorbeeld voor de grote kathedralenbouwers in de volgende eeuwen. De portalen, rozassen, galerijen, torens, enz. zijn terug te vinden in de grootste voorbeelden zoals Amiens, Reims, Rouen, Sens en meer.

 

Het vervaardigen van een kopie van dit schrijn werd toegewezen aan Prof. Ibens na een vergelijkende wedstrijd tussen kandidaten einde jaren 1970. Het werk zelf werd aangevat in 1982 en duurde zes jaren. Het werk werd uitgevoerd met een groepje van gemiddeld vier personen, nl. in de eerste plaats Prof. Wim Ibens zelf (°1934-†1997), bijgestaan door Patrick Storme en Andrzej Plutinsky (°1958-†2018) als vaste kern en daarnaast een wisselende bezetting alnaargelang de vorderingen van het werk. Michèle Mazy heeft meegewerkt in het atelier en Ir. Van Gijsel van Adenco stond in voor het uitvoeren van de geëlektroformeerde elementen in zilver en het galvanisch vergulden van delen van het schrijn.  De kopie werd uitgevoerd in sterling zilver door het gebruiken van plaatwerk, solderen en voornamelijk gietwerk om de figuren en figuratieve elementen te kopiëren. De elektroforming werd uitgevoerd met zuiver zilver. Emailles en kleurstenen werden geïmiteerd door gekleurde transparante en opake epoxies te gebruiken. In totaal werd zo’n 77 kg zilver gebruikt om de kopie te maken.

Bij het werken aan deze reconstructie heeft Patrick het bijzondere voorrecht gehad om het vak van edelsmeedkunst veel meer doorgedreven te kunnen aanleren. Daarnaast werd hij ook getroffen door de schoonheid en het vakmanschap van de edelsmeden uit de 13de eeuw, die het oorspronkelijke schrijn in al zijn finesses gedurende een periode van 27 jaar hebben vervaardigd. Deze confrontatie heeft ertoe geleid dat zijn interesse in historische metalen objecten werd gewekt en hij dan ook de weg van deze specialiteit heeft ingeslagen.  Op dat ogenblik bestond er nog geen opleiding in deze specialiteit.  Samen met andere collega’s werd in 1995 de afdeling Restauratie opgericht aan het Nationaal Hoger Instituut van Antwerpen. De specialiteit van conservatie-restauratie van metalen kunstvoorwerpen werd in de jaren daarna verder uitgebouwd aan de Hogeschool Antwerpen, Artesis Hogeschool en tenslotte aan de Universiteit Antwerpen.

CONSERVATIE - RESTAURATIE

 

Naast het lesgeven in de opleiding conservatie-restauratie sinds 1995, moet vermeld worden dat hij al sinds 1982 ononderbroken werkzaam is als edelsmid. Na de stageperiode aan het schrijn van St-Gertrudis heeft hij in 1990 de specialisatie van conservatie-restauratie van metalen kunstobjecten erbij opgenomen.

Van toen af heeft hij talloze werken uitgevoerd voor privé cliënteel met vele restauratie- en conservatie-opdrachten.

 

Voor musea heeft hij in totaal vele honderden restauratie- en conservatie-opdrachten uitgevoerd.  Een greep hieruit zijn opdrachten voor onder meer:

> Provinciaal Diamantmuseum Antwerpen: collecties Diamantjuwelen

> Zilvercentrum Sterckshof Deurne: tientallen zilveren siervoorwerpen

> Het Rubenshuis Antwerpen

> SMAK  Stedelijk Museum Actuele Kunst Gent

> Kasteel van Gaasbeek

> Stedelijke Museum Lier

> Instrumentenmuseum Brussel

> Museum Plantin-Moretus Antwerpen

> Koninklijk Museum voor Schone Kunsten

> Middelheim Museum

> Het volkskundemuseum Antwerpen

> De Koning Boudewijn Stichting

 

Ook voor kerkelijke instanties werden talloze opdrachten uitgevoerd waarbij als belangrijkste opdrachten de volgende te vermelden zijn:

> Reiniging van het St-Andriesschrijn, St-Andries-kerk te Antwerpen

> Restauratie van tientallen liturgische voorwerpen en Mariajuwelen van de Paters Augustijnen te

   Gent, ter viering van het 700-jarig bestaan

> Restauratie van de Tiara van Paus Pius IX uit de persoonlijke Sacristie van de Paus in het Vaticaan,

   in opdracht van de Hoge Raad voor de Diamant te Antwerpen

> Restauratie van het Schrijn van het Heilig Bloed, H. Bloedkapel, Brugge

STU

DIES

STA

GE